Mensen die zich in hoge mate bewust (willen)
zijn van de juiste omgang met hun ervaringen in hun leven,
streven naar eigen geluk èn dat van anderen en een
uitbannen van eigen èn andermans leed. Dit is een waarlijk
spirituele levenshouding.
Mensen maken in hun leven(s) keuzes om dit op het voor hen
hoogste bewustzijnsniveau te kunnen ervaren. Het maakt op
de weg daar naartoe niet zoveel uit of je nu wel of niet in
God gelooft en ook niet zoveel welke God je aanhangt.
Boeddha, bijvoorbeeld, onderwees acht stappen naar verlichting.
Dit is het hoogste bewustzijnsniveau, een toestand die geheel buiten tegenstellingen staat,
van liefde vol is en alle wezens ten goede komt. De weg naar
verlichting wordt het achtvoudige
pad genoemd: juist(e) inzicht, mentaliteit,
spreken, handelen, arbeiden, inspanning, zorgvuldigheid en
contemplatie.
"Juist handelen" en "juist arbeiden" hebben
ook te maken met de gevolgen van ons handelen voor dieren.
Sommige mensen zijn in staat zelf de pijn te voelen die
dieren wordt aangedaan in de bio-industrie of andere situaties
waarin dieren lijden onder het gedrag van de mens, anderen
voelen daar niets bij. Dit zegt nog niets over de kwaliteit
van hun bewustzijn. Alle mensen kunnen via hun kennis en ervaring
weten en voelen wat een dier doormaakt tijdens een leven in
de intensieve veehouderij. Wij zouden altijd moeten beseffen
welke gevolgen onze levensstijl heeft voor dieren en zouden
daar onze verantwoordelijkheid voor moeten nemen.
Iemand die geld wil verdienen of wil besparen door producten
te houden of te verhandelen van dieren die geen natuurlijk
leven hebben gehad, die bewandelt niet bovengenoemde "juiste"
(levens)paden zoals het Boeddhisme ons die aanraadt en die
getuigt in meer algemene zin ook niet van een werkelijk spirituele
levenswijze. |
|
In dit korte artikeltje, dat geïnspireerd is door de
5
boeken van Neale Donald Walsch (nr 1: Een ongewoon
gesprek met God), wordt de relatie tussen mens en dier
gelegd via de ziel. Het gaat niet om het geloof, het gaat
erom dat mensen hun geweten volgen.
Walsch presenteert een beeld van God waarbij hij allerlei
ongeloofwaardige aspecten aan religie (duivel, straf, oordeel,
hel enz.) als 10 illusies overboord heeft gegooid. Walsch
spreekt (in boek 5) over de illusie dat:
- God een agenda heeft (er Behoeftigheid bestaat);
- de uitslag van dit leven twijfelachtig is (er Mislukking
bestaat);
- je van God afgescheiden bent (er Verdeeldheid bestaat);
- er niet genoeg is (er Ontoereikendheid bestaat);
- er iets is wat je moet doen (er Vereisten bestaan);
- je wordt gestraft als je niet doet wat je moet doen (er
Oordeel bestaat);
- die straf eeuwige verdoemenis is (er Veroordeling bestaat);
- liefde dan ook voorwaardelijk is (er Voorwaardelijkheid
bestaat);
- kennis van en voldoen aan de voorwaarden jou superieur
maakt (er Superioriteit bestaat);
- je niet weet dat dit illusies zijn (er Onwetendheid bestaat).
Deze illusies, niet weersproken maar verspreid door de diverse
religies in de wereld, scheiden de mens van God. Het is niet
aantrekkelijk om kennis te maken met een aldus beschreven
God.
Het gaat er om onthecht (als het ware ge-des-illusio-neerd)
te raken van de materiële wereld en te ontwaken in de spirituele wereld.
Klik hier voor een glossarium van woorden gebruikt in de spirituele
wereld. |
Of mensen nu wel of niet geloven in God, belangrijk
is dat mensen zich realiseren dat de wezenlijke boodschap
van religie en onze wetgeving verwoord ligt in het adagium
van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap
(naastenliefde of compassie). In relatie tot zaken die dieren
aangaan, is het volgens Walsch belangrijk dat mensen diervriendelijk
zijn en vervolgens diervriendelijk handelen. De ziel, als
een soort collectief bewustzijn (Gods in-formatie), legt deze
ervaringen van mensen vast.
De ziel
De ziel vormt de essentie van het leven, is onsterfelijk
en omvat je sterfelijke lichaam en bewustzijn. De ziel van
God omvat het universum. Alle zielen van mensen en dieren
zijn via God met elkaar verbonden, onbegrensd en deel van
God. God is vrijheid en liefde (oordeelt niet) en zonder beperking
in ruimte en tijd.
De intermenselijke en fysieke vrijheid van een persoon is
begrensd, terwijl zijn of haar metafysische ziel grenzenloos
is. Vrijheid is niet het doel van de ziel, maar haar
wezenlijke natuur. Vrijheid is en wordt niet zozeer verleend.
Het gaat erom hoe de mens met zijn en andermans vrijheid omgaat.
God heeft daarbij geen oordeel over goed en slecht omdat hij
de mens vrije wil heeft gegeven. Daaraan verbonden is verantwoordelijkheid
voor zichzelf en anderen. God grijpt (ook bij vreselijke gebeurtenissen)
niet in en God kan niet exclusief
worden geclaimd.
Omdat God twee simpele opdrachten heeft gegeven: "doe
niet anderen aan wat jij niet wilt dat anderen jou aandoen"
en "wie goed doet, goed ontmoet" is het voor de
mens zaak om dit en de Goddelijke afkomst te blijven
"her-inneren". Een goed functionerend geweten betekent
dat jezelf herinnert aan wat je eigenlijk al weet over wat
je wel of niet moet doen.
God (wordt wel geschreven) heeft zielen geschapen om Zichzelf te ervaren.
Een ziel heeft het leven nodig om zich te evolueren.
Zielen zoeken naar (lichamelijke en geestelijke) ervaringen.
Zielen zoeken via de evolutie van dier naar mens en van mens
naar mens naar steeds hogere (bewustzijns)ervaring, waarbij
de volmaakte eenheid met God beleven (Nirwana) de hoogste
ervaring is. In die beleving van eenheid in verscheidenheid
ervaart de mens zijn verbondenheid met al het levende. |